Een fijne woning is een gelukkig mens. Dit werd mij duidelijk bij een bezoek aan Museum Het Schip, waar in de jaren ‘30 fatsoenlijke woningen voor arbeiders en hun gezinnen werden gebouwd. Een woning waar je met zekerheid een toekomst kunt opbouwen. Dat is een basisrecht.
In onze gemeente is er een wil woningen te bouwen, echter maakt de PvdA zich zorgen om de betaalbaarheid van deze woningen. Daarom is het tijd voor actie! De urgentie om fatsoenlijke betaalbare woningen te bouwen mist en het wordt hoog tijd dat we ons uitspreken.
Mensen die nu een huis nodig hebben, moeten bij ons 18 jaar lang wachten op een sociale huurwoning. Dit dwingt hen om te huren in de vrije sector, waar het recht van de sterkste geldt. Jongeren durven niet eens te dromen van een eigen huis. Laat staan kopen. We dreigen een gemeente te worden waar alleen de rijksten zich een fatsoenlijke woning kunnen veroorloven. Zo is bij het project Entrada 50% gereserveerd voor de vrije sector en 30% sociale huur. De vraag blijft hoe groot en betaalbaar deze woningen worden.
Het is daarom tijd voor een radicale visie. In de afgelopen jaren is de nadruk gelegd op marktwerking en is de woningbouw overgelaten aan projectontwikkelaars en beleggers. Daardoor zitten veel starters vast in te dure kippenhokken, containers of bezemkasten. Nu de markt dit niet regelt, is het tijd voor overheidsingrijpen. Dat is pas volkshuisvesting. Daarnaast moeten we ervoor zorgen dat sociale huurwoningen ook daadwerkelijk sociaal worden verhuurd. Een woning van 25m² met een huur van €600 en €400 aan servicekosten is niet sociaal.
Het is een politieke keuze om je er niet actief tegen te verzetten. Het is daarom tijd dat er vanaf 15 maart weer een socialere wind door Nederland gaat waaien. Tijd voor (ge)woonbeleid!